Ontslagstamrecht, hoe en wat?
Als een ontslagvergoeding vóór 15 november 2013 is betaald, kan in 2014 gebruik worden gemaakt van de fiscaalvriendelijke 80%-regel. Maar wat gebeurt er als de ontslagvergoeding niet vóór 15 november betaald wordt? Deze vraag en nog vele andere passeerden de revue bij de kamerbehandeling van het belastingplan 2014. Hierna gaan wij in op die vragen.
 
Wetgeving over de ontslagvergoeding in 2013
Een ontslagvergoeding is – net als andere loonbestanddelen – loon waarover loonbelasting moet worden betaald. De werkgever houdt de loonbelasting in op het moment dat het loon wordt genoten. Belastingheffing kan worden uitgesteld bij het omzetten van de ontslagvergoeding in een aanspraak op periodieke uitkeringen (hierna: stamrecht).
Bij het omzetten van de ontslagvergoeding in een stamrecht is de stamrechtvrijstelling van toepassing. Het stamrecht moet dan wel voldoen aan een aantal voorwaarden. Het stamrecht moet bijvoorbeeld uiterlijk ingaan op de AOW-leeftijd en mag niet worden afgekocht. Het stamrecht mag worden ondergebracht bij de werkgever zelf, in een stamrecht-bv, bij een bank, een beleggingsinstelling of een verzekeraar.

De ontslagvergoeding in het belastingplan 2014
In het belastingplan 2014 verdwijnt de stamrechtvrijstelling en moet de werknemer in één keer afrekenen op het moment dat hij een ontslagvergoeding ontvangt. Vanaf 2014 mogen bestaande stamrechten worden afgekocht zonder dat daarover 20% revisierente moet worden betaald. Om de economie een handje te helpen krijgen degenen die besluiten in 2014 hun ontslagstamrecht af te kopen het voordeel dat slechts 80% van de afkoopwaarde belast wordt. Het is de bedoeling dat deze maatregelen ingaan op 1 januari 2014.

Wie kunnen gebruik maken van de 80%-regeling?
Degenen die op 31 december 2013 een ontslagstamrecht hebben, kunnen in 2014 gebruik maken van de 80%-regeling. Hierbij geldt als extra voorwaarde dat het bedrag voor het stamrecht vóór 15 november 2013 moet zijn overgemaakt door de werkgever.

Tot wanneer bestaat de keuze ontslaguitkering of stamrecht?
De keuze tussen een ontslaguitkering of een stamrecht bestaat tot 1 januari 2014.
Voor werknemers van wie al bekend is dat zij begin 2014 worden ontslagen, geldt een overgangsregeling. Ook zij kunnen kiezen voor een stamrecht. Daarvoor geldt dat de ontslagdatum op 31 december 2013 moet vaststaan en het ontslag vóór 1 juli 2014 moet zijn uitgevoerd. Verder moet voor 1 januari 2014 de stamrechtovereenkomst getekend zijn.
Weekers beschreef deze voorwaarden tijdens het wetgevingsoverleg op 4 november in de Tweede Kamer. Hij zegde toe dat hierover nog een brief komt.

Wat zijn de fiscale consequenties als een werkgever de ontslagvergoeding niet vóór 15 november overmaakt?
Als de werkgever de ontslagvergoeding niet vóór 15 november overmaakt, kan in 2014 geen gebruik worden gemaakt van de 80%-regeling. Met andere woorden: wanneer het stamrecht in 2014 wordt afgekocht geldt dat het stamrecht 100% wordt belast.

Moet de werknemer ontslagen zijn vóór 1-1-2014 om gebruik te kunnen maken van de stamrechtvrijstelling?
Neen. Bij de behandeling van het belastingplan 2014 zei de staatssecretaris: 'De datum waarop het ontslag plaatsvindt is (…) niet de beslissende factor.'
Bij de bespreking van het belastingplan 2014 in de Tweede Kamer op 4 november 2013 zei Weekers hierover dat het ontslag moet zijn aangezegd vóór 1 januari 2014 en dat de feitelijke ontslagdatum uiterlijk op 30 juni 2014 moet liggen. In die gevallen kan de stamrechtvrijstelling nog worden gebruikt.

Zoeken in publicaties
  
Archief
2012 (16)
2013 (53)
2014 (89)
2015 (104)
2016 (94)
2017 (65)
2018 (52)
2019 (20)
2020 (10)
2021 (0)
2022 (0)
2023 (0)
2024 (0)